Ovidius Law B.V. is gevestigd in het indrukwekkende bedrijfsverzamelgebouw ‘The Bell’ aan de Sarphatistraat, het voormalig Rijks Magazijn van Kleding uit 1874. Het is een boutiquekantoor dat zich richt op arbeidsrecht, contractenrecht en ondernemingsrecht. We spraken met de trotse oprichters: Jessica Niezen, Sjoerd van der Velde en Bram de Haas van Dorsser.

Tekst: Lara Smeets & Yvette Kouwenberg

Hoe zijn zij bij elkaar gekomen? Niezen is in 2013 haar eigen kantoor gestart. Tijdens een borrel sprak zij daarover met Van der Velde en De Haas van Dorsser, die direct enthousiast raakten over het vormen van een drie-eenheid. ‘We zijn eigenlijk bij toeval en op het goede moment bij elkaar gekomen’, licht De Haas van Dorsser toe. ‘Sjoerd en ik waren als partner al verbonden aan een gerenommeerd kantoor, waar we met veel plezier werkten. Zo bezien lag de beslissing om een eigen kantoor te starten misschien niet direct voor de hand, maar de wens om een kantoor helemaal from scratch en volledig naar eigen inzicht op te bouwen was aanwezig. Jessica had die stap al gemaakt en wilde de krachten graag met Sjoerd en mij bundelen. Haar enthousiasme was heel aanstekelijk, en vanuit daar is het gaan rollen.’

founders_ovidius

Over de naam Ovidius  waren ze het snel eens. Niezen legt uit hoe die naam tot stand is gekomen:  ‘Eerlijk gezegd ben ik op een gegeven moment gewoon gaan googelen om te kijken wat me aansprak. Op een site met Romeinse dichters viel mijn oog op Ovidius, die naast dichter ook advocaat is geweest. Ovidius is de bedenker van een aantal mooie spreekwoorden zoals “door de bomen het bos niet meer zien”. Dat vond ik wel toepasselijk. Als advocaat schep je tenslotte vaak orde in de chaos bij de klant. Wat ook leuk is, is dat ius in de kantoornaam zit, Latijn voor recht. Op de een of andere manier doet de naam bij veel mensen een bel rinkelen, het klinkt vertrouwd. Ook internationaal bekt het goed. Toen ik met Sjoerd en Bram in gesprek was over een nieuw kantoor was daarom al snel duidelijk dat het de naam Ovidius zou worden. En oranje vonden we een mooie frisse kleur.’

Klik
De Haas van Dorsser: ‘Het verdere proces van oprichting verliep eigenlijk net zo soepel. We dachten en denken vaak hetzelfde over zaken, wat ontzettend prettig samenwerken is. We zeggen wel eens gekscherend dat hetzelfde bloed door onze aderen stroomt’. Benieuwd naar de bloedgroep van Ovidius legt Van der Velde uit: ‘We hebben niet de pretentie heel onderscheidend te zijn of iets heel nieuws te doen. Als je ons zou vergelijken met andere kantoren, dan zou je zeker overeenkomsten vinden; zowel qua aandachtsgebieden als qua kernwaarden. De termen “pragmatisch”, “specialisme” en “het leveren van kwaliteit” komen op veel websites voor. Het onderscheidend vermogen zit wat ons betreft vooral in de persoon van de advocaat. Uiteindelijk gaat het om de klik tussen de klant en de advocaat. Daar kiest een klant voor, wat al blijkt uit het feit dat onze klanten ons allemaal zijn gevolgd naar Ovidius. Sommige klanten bedienen we al tien jaar.’ Van der Velde vervolgt: ‘En natuurlijk is kwaliteit daarbij van belang. Daar staat of valt de klantrelatie mee. Je moet gewoon goed werk afleveren, de klant bedienen en ontzorgen. Niet zozeer top down. We zien onszelf graag meer als sparringpartner naast de klant staan.’

Transparant
Ovidius hecht daarnaast veel waarde aan een transparante manier van werken. Van der Velde: ‘De cliënt mag niet voor verrassingen komen te staan. Ook niet op het financiële vlak. Op dit moment zijn we daarom bezi g met de ontwikkeling van een systeem waarmee de cliënt via een portal real time inzicht krijgt in de aan zijn zaak bestede tijd.’
Niezen voegt toe: ‘En verder, maar beslist niet op de laatste plaats, zijn de mensen die voor en met ons werken natuurlijk ontzettend belangrijk. We zijn onze mensen’. Dat laatste wordt toegelicht met een voorbeeld. Tijdens een recent kantooruitje zijn alle medewerkers van Ovidius uitgenodigd om mee te doen aan een zogenoemde elevator pitch. In twee minuten mocht ieder zijn of haar visie op kantoor geven en toelichten waar de kansen in 2016 voor Ovidius liggen. Niezen: ‘Ook intern werken we tenslotte niet top down, maar samen. Ovidius streeft naar het creëren van een veilige werkomgeving voor haar medewerkers. Natuurlijk wordt er hard gewerkt, maar we vinden het belangrijk dat dat in een plezierige omgeving gebeurt waarin iedereen zijn vleugels durft uit te slaan. De input en feedback die we vanuit ons team over kantoor krijgen zijn heel waardevol. Zo leverde de elevator pitch bijzonder interessante inzichten op, waar we zeker wat mee gaan doen.’

Kroegpraat
Dat de sfeer goed is bij Ovidius blijkt wel uit de door de partners benoemde ‘kroegpraat’ tijdens de lunch. Nieuwkomers aan de lunchtafel kunnen hier wel eens van terugdeinzen, maar de flauwe grappen worden erin gehouden.
Sinds de oprichting is Ovidius uitgegroeid tot een kantoor met twee professional support lawyers, een para-legal en een advocaat-medewerker. Een facilitair medewerker en secretaresse/office manager zorgen voor adequate ondersteuning. Gevraagd naar de groeiambities van het kantoor antwoordt De Haas van Dorsser: ‘We hebben niet een vastomlijnde groeiambitie. Het is beslist geen doel an sich. Als ik kijk op partnerniveau, bevalt de omvang ons op dit moment goed. Omdat je met zijn drieën bent kun je gemakkelijker even bij elkaar zitten om beslissingen te bespreken en te nemen. Die flexibiliteit en schakelsnelheid passen goed bij ons. Maar natuurlijk zijn we altijd geïnteresseerd in mensen die een mooie aanvulling kunnen zijn op ons team, niet alleen op partnerniveau. Onlangs hebben we voor ondernemingsrecht een advocaat-medewerker aangenomen. Daarnaast werken we veel samen met veelbelovende studenten en net afgestudeerden. Zij kunnen bij ons kennis maken met de advocatuur en werkervaring opdoen. Tegelijkertijd geeft dat ons de mogelijkheid om te kijken of er misschien een advocaat-stage in zit.’

Italiaanse keuken
Tegen het einde van het interview maken we kennis met een van de tradities van Ovidius: een glaasje limoncello. ‘We hebben alle drie een voorliefde voor de Italiaanse keuken’, legt Van der Velde uit. ‘In de oprichtingsfase van Ovidius hadden we daarom vaak overleg in een Italiaans restaurant. Telkens als we een volgende stap of besluit hadden genomen, viel dat toevallig samen met het moment waarop het gebruikelijke glaasje limoncello na afloop van een diner wordt geserveerd. Al snel werd de oprichting van het kantoor daarom “project limoncello” genoemd. Het kantoor staat inmiddels, en de limoncello is gebleven. Voor feestelijke aangelegenheden, zoals onlangs ons eenjarig bestaan, hebben we altijd een fles koud liggen.’
De daad wordt bij het woord gevoegd en de glaasjes komen op tafel. De werkdag was per slot van rekening al (bijna) ten einde. Een memorabele afsluiting van een leuke, ontspannen kennismaking. We nippen nog wat aan ons glas en gaan dan huiswaarts, met een geschikte nieuwe kandidaat voor de borrelpraat-rubriek op zak…