De togadriehoek van Amsterdam (hoofdofficier van justitie René de Beukelaer, deken van de orde van advocaten Jacqueline Schaap en president rechtbank Amsterdam Bart van Meegen) maakt zich zorgen over de rechtsstaat. Na een opiniestuk in de Telegraaf in februari, waarin de driehoek de afkalvende rechtsstaat uiteenzette, volgde woensdag 18 juni een debatmiddag in de rechtbank Amsterdam. Met als belangrijkste vraag: wat kunnen we zelf beter doen om het vertrouwen te vergroten?
Tekst: Meike Kolkman
Dialoog versus ongeopende brieven
Terwijl de laatste genodigden snel een stoel zoeken, opent Bastiaan van Merwijk de debatmiddag. Tegenover hem een zee van rechters, advocaten en vertegenwoordigers van het Openbaar Ministerie. Naast hem Bas Zwier en Willem Nijkerk, microfoons en flip-overs binnen handbereik. De eerste spreker is Fatimzahra Baba, geborgen en getogen in Amsterdam-West en verbinder van het systeem en de wijk.
“Vijftien jaar geleden vroeg Herman Bolhaar me hoe het kwam dat hij steeds te maken had met jeugd uit Nieuw-West. Ze waren zo jong. Wat kon hij er anders in doen? Dat was het begin van een mooie samenwerking die we ‘Herman en de Wijken’ doopten. Met als doel preventie, gebaseerd op dialoog.” En die dialoog is hard nodig, zie Fatimzahra. Mensen die te maken krijgen met de rechtspraak staan er vaak ver vanaf. Vertrouwen ontbreekt, er zijn weinig positieve rolmodellen en netwerken. Fatimzahra: “Als ik buurtbewoners bezoek zie ik soms een doos vol met ongeopende brieven van instanties in het portiek. Hoe kunnen we dat gesprek anders voeren?”
Ongelijke toegang tot rechtsbescherming
Op een scherm verschijnt de eerste stelling van vanmiddag, waarop via Mentimeter gestemd kan worden: ‘Juridische taal is de grootste barrière tussen burgers en de rechtsstaat’. Het merendeel van de aanwezigen stemt oneens. Toch zien velen wel dat het beter kan. Fatimzahra: “Je kunt naast een brief ook een spraakbericht sturen, zo maak je op een simpele manier verbinding. Menselijk, vanuit vertrouwen.”
Met de tweede stelling; ‘Niet alle burgers hebben gelijke toegang tot rechtbescherming’ zijn bijna alle aanwezigen het eens. Uit de discussie die ontstaat in de zaal blijkt dat de eigen bijdrage nog steeds een drempel is. Rechtszaken worden soms zo groot dat het dan niet meer te betalen is voor burgers. Daar schort dus de rechtsbescherming.
Crisis? Oplossingen zelf in handen
Tijd voor de tweede spreker, bijzonder hoogleraar Strafrechtspraktijk Patrick van der Meij. Hij gooit meteen de knuppel in het hoenderhok. Want is er een crisis in de rechtsstaat? Hij noemt het liever gedonder dat er niet had hoeven zijn. “We hebben de oplossingen zelf in handen. Natuurlijk zijn er de bedreigingen zoals de togadriehoek die benoemt. Maar laten we kijken naar voor wie wij het doen: de afnemers van het product strafrecht. Ons werk verhoudt zich misschien slecht tot de wereld van de problemen van hun dagelijkse leven. Dus moeten we die afnemers warm maken voor ons product. Als wij de burger kwijtraken dan doen we het uiteindelijk alleen maar voor onszelf. Dan verliezen we degenen waarover we oordelen.”
Weinig aandacht voor burgers
Van der Meij vraagt zich af of je alternatieven kunt vinden zoals wijkrechtspraak en bemiddeling. Dat scheelt ook in werkdruk en zorgt voor meer aandacht voor die zaken die wel voorkomen. “Er is weinig aandacht voor de burger, voor diens verhaal. Het gaat vaak over wat iemand heeft gedaan, lopendebandwerk. En na het vonnis is het loket van de magistratuur gesloten. Het betoog van de togadriehoek is goed, maar te abstract: we zijn niet in staat om ons te verplaatsen in burgers. Wat heeft deze burger nodig? Laten we op zoek gaan naar concrete verbeteringen. Kortom: aan de slag!”
Conclusies van onderlinge gesprekken
Na een korte pauze is het tijd om in kleine groepjes in gesprek te gaan over wat je herkent en wat anders en of beter zou kunnen. En dat vanuit een andere rol binnen de rechtspraak dan je normaal gesproken vervult. Een paar uitkomsten: vermijd moeilijke taal. Gebruik desnoods enveloppen in mooie bloemetjesdessin die mensen wel open maken; praat op zitting niet over het hoofd van een client, dat creëert afstand; probeer tijd te maken: een verdachte voelt zich er doorheen gedraaid als er binnen tien minuten een besluit wordt genomen over zijn/haar voorlopige hechtenis; probeer de afstand te verkleinen tussen het OM, de rechtbank en advocaten; er gaan teveel kleine zaken naar de rechtbank, kijk kritisch naar seponeren en: doe vaker direct uitspraak. Mensen willen weten: waar ben ik aan toe?
Goede voorbeelden, beter bereikbaar, luisteren en in gesprek
Hierna ging iedereen nogmaals in kleine groepjes in gesprek, maar nu binnen de eigen beroepsgroep. Aan het einde van de bijeenkomst trekt de Togadriehoek de eindconclusie. Bart van Meegen: “Deze middag geeft vertrouwen.” Deken Jacqueline Schaap vult aan: “Ik ben altijd een voorstander van communicatie tussen deze drie groepen. Ik zou willen dat we deze waardevolle middag voortzetten. René de Beukelaer: “We zijn een beetje rare mensen, deze drie groepen. We komen niet echt tot die echt grote stappen om die kloof te overbruggen. We zijn er nog lang niet.” Fatimzahra Baba pleit voor verbinding vanuit de menselijke maat, waarna Patrick van der Meij het laatste woord krijgt: “Neem die verdachte die wil praten op zitting serieus. Wees niet cynisch maar luister met open vizier. Verdorie, hij zit tegenover je en praat tegen je. Luister ernaar! Dan krijg je een dialoog.”
En toen was het tijd voor de borrel.