WIJ Advocaten adviseert en procedeert op het terrein van het aansprakelijkheids-, verzekerings-, en gezondheidsrecht. Voor een groot deel opereert het kantoor in een branche die van oudsher toch vooral een mannenbolwerk is. Hoe houden de dames van WIJ Advocaten zich daarin staande? Het ABB spreekt met drie oprichters van het kantoor.

Door Juliëtte Daniels & Yvette Kouwenberg

WIJ Advocaten is gevestigd aan de Veemkade, direct aan het IJ. De entree van het pand is wat lastig te vinden – althans was dat de ervaring van het ABB –, maar eenmaal binnen worden we blij verrast. Het kantoor bevindt zich op de eerste verdieping van het pand en bestaat uit een grote open ruimte. Maar dan ook echt open en niet voorzien van tussenschotten of iets dergelijks, zoals dat vaak gebeurt bij advocatenkantoren die zeggen in een kantoortuin te werken. De ruimte is bijzonder smaakvol ingericht. Design werkplekken, een gezellige zithoek, een mooie vergaderzaal met een glazen pui, hier en daar wat groen en prachtige kunst aan de muur. Zakelijk maar met een vrouwelijke ‘touch’.
We worden warm onthaald door Daphne Gouweloos, Margje Benningen en Suzanne Bordewijk. Drie van de zes oprichters van het kantoor.

V.l.n.r.: Suzanne, Margje en Daphne.

Hoe zijn jullie bij elkaar gekomen?
Gouweloos: ‘We kennen elkaar allemaal van Houthoff. Zo is het contact ontstaan. Buiten kantoor zochten we elkaar ook op. In de loop der jaren is het contact gebleven, ook nadat we een volgende stap in onze carrière hadden gemaakt. We zijn elkaar altijd in groepsverband blijven zien. Tijdens een etentje zeiden we tegen elkaar, moeten we niet voor ons zelf gaan beginnen? En zo is het idee ontstaan.’

Naar blijkt was niet iedereen direct ‘om’. Benningen: ‘Een paar van ons was de advocatuur inmiddels uit of uit geweest. Een van ons heeft bijvoorbeeld bij een verzekeraar gewerkt en een ander, Suzanne [Bordewijk, red.] werkte bij de rechtbank. Dan is het best een stap om én de advocatuur terug in te gaan, én tegelijk een nieuw kantoor te starten.’ Bordewijk beaamt dat maar merkt aansluitend op dat de advocatuur voor haar altijd was blijven lonken: ‘Na wat soul searching ontdekte ik dat de advocatuur toch beter bij me paste dan de rechtspraak. De vrijheid die je als advocaat hebt miste ik enorm.’ Gouweloos vult aan: ‘En wij misten de expertise van Suzanne. Zij moest er gewoon bij. We waren daarom enorm blij toen ze ja zei. De groep was weer compleet. Het klopte. Je weet het wanneer je iets moois in handen hebt. We kennen elkaar goed, zowel zakelijk als privé en dat maakte dat we er alle vertrouwen in hadden een mooi kantoor neer te zetten.’

We vragen hoe dat vervolgens in zijn werk is gegaan. Gouweloos antwoordt: ‘Twee van ons zijn vervolgens een business plan gaan schrijven. Een ander is met IT aan de slag gegaan en weer een ander heeft de Orde benaderd om te bezien wat er nodig was. Je bent met zes dus we konden de taken goed verdelen. Iedereen pakt van nature op waar men goed in is.’

Hoe is de naam tot stand gekomen?
Benningen: ‘De naam hebben we zelf bedacht, toen wij nota bene bij een marketingbureau in de wachtkamer zaten. We vonden het leuk om iets met het IJ te doen. Zes namen op de gevel is gewoon te veel. We zaten hardop na te denken en te spelen met wat steekwoorden: Wij… ik en jij, jij, Wij aan het IJ. WIJ Advocaten. Het marketingbureau was ook enthousiast dus zijn we ervoor gegaan.’

Hoe verlopen de partnermeetings?
Gouweloos lacht: ‘Dat is altijd de eerste vraag die we krijgen: is het geen kippenhok met zes vrouwen? Nee, dat is het niet. We runnen een kantoor en zijn daarnaast serieus met ons vak bezig. Als een groep professionals uit alleen maar vrouwen bestaat verwacht men op de een of andere manier dat er binnen twee jaar ruzie zal uitbreken. Bij mannen komt die vraag niet op. Terwijl je mannenmaatschappen toch sneller uit elkaar ziet gaan.’ Benningen voegt daaraan toe: ‘En realistisch bezien is het natuurlijk geven en nemen. Dat is in ieder gezelschap zo dus ook bij ons. Je kunt nu eenmaal niet allemaal altijd op één lijn zitten. Dat willen we overigens ook niet. Zo houden we elkaar scherp.’

Dat de dames hun kantoor en vak serieus nemen blijkt wel uit het feit dat ze eens in de zoveel tijd een coach inschakelen. Bordewijk: ‘Dat doen we om uiteenlopende redenen. Bijvoorbeeld om na te gaan of de neuzen nog steeds dezelfde kant op staan, voor acquisitietraining of om leidinggevende kwaliteiten te ontwikkelen en te verbeteren. Daarnaast vinden we het belangrijk om op een goede manier met elkaar in gesprek te blijven. Met behulp van een coach proberen we dingen op tafel te leggen die doorgaans misschien wat minder makkelijk bespreekbaar zijn. Kennelijk werkt het want na zeven jaar zijn we nog steeds samen.’

Daarnaast houden de partners een keer per jaar een heidag. Gouweloos: ‘Vaak is dat op een dinsdag in januari. Dan gaan we lekker lunchen, wandelen en brainstormen. We bespreken de leermomenten van het afgelopen jaar en onze visies voor het volgende jaar.’
Natuurlijk is er ook genoeg ruimte voor gezelligheid. Regelmatig gaan ze op stap met het hele kantoor. Benningen: ‘De organisatie rouleert steeds zodat iedereen een keer aan bod komt.’ Het blijken niet de minste uitjes. Dit jaar hebben de dames een workshop “ukulele spelen” gehad en zijn ze daarna gaan varen door de grachten met een salonboot voor een champagneproeverij. Benningen vervolgt: ‘Vorig jaar hebben we een graffityworkshop gedaan in Noord en andere jaren hebben we met kerst samen een kookworkshop gedaan. Dat is ontzettend leuk om te doen en je leert elkaar weer op een andere manier kennen.’

Wat is volgens jullie het onderscheidend vermogen van WIJ Advocaten?
Gouweloos: ‘We zijn transparant. Bij de oprichting van kantoor hebben we bewust voor een aantal uitgangspunten gekozen die we belangrijk vinden. Een van die uitgangspunten is een transparante werkwijze die ook tot uitdrukking komt in onze kantoorruimte. De klant moet weten waar hij aan toe is. Dat betekent voor ons helder en to the point communiceren en adviseren. Daarnaast maken we geen geheim van onze uurtarieven dus die staan gewoon op de website. We vinden het verder belangrijk om het schrijven van dubbele uren te voorkomen. De cliënten betalen bij ons niet voor de opleiding van jongere medewerkers. We hanteren een strikt vier ogen beleid. Ook de partners kijken elkaars stukken na, maar dat komt niet voor rekening van de cliënt. Tot slot is een klant altijd klant van kantoor en niet van een bepaalde partner of medewerker. Wij hanteren meer een expertiseverdeling dan een klantenverdeling. Komt er nieuwe zaak binnen dan kijken we binnen welke expertise het valt en wie van ons binnen dat vakgebied beschikbaar is. Zo bezien kun je zeggen dat we uitwisselbaar zijn.’ Benningen: ‘De focus ligt dus altijd op WIJ, op het kantoor in zijn geheel en niet op individuele partners. Klanten moeten voelen: bij dat kantoor moet ik zijn.’

Bordewijk: ‘We zijn daarnaast praktisch ingesteld. Een zaak moet tenslotte gewoon opgelost worden. Ook dat hebben we op onze website staan. Sommige advocaten hebben de neiging om eindeloos te procederen. Daar is de klant niet altijd bij gebaat en dat geldt vaak ook voor de andere kant. Soms moet je als advocaat een beetje voor breekijzer spelen.’

‘Bij Houthoff hebben we een goede inhoudelijke opleiding gehad, maar we hoefden er niet te acquireren. Het werk kwam vanzelf op ons bureau’, merkt Gouweloos op. ‘Toen we met het kantoor startten hadden we niets: geen cliënten en geen dossiers. We moesten onze klantenkring opbouwen, maar hadden aanvankelijk geen idee hoe. Toen het niet direct storm liep met de dossiers na onze start, bedachten we dat het handig was om bij potentiële klanten langs te gaan voor een kop koffie. We zijn verder overal zichtbaar en missen geen borrel. In het begin hadden we ook geen ervaring met pitches. Als de opdracht aan onze neus voorbij ging gingen we terug naar de opdrachtgever met de vraag wat er niet goed was gegaan zodat we daar voor een volgende keer van konden leren. Dat heeft ontzettend veel positieve reacties opgeleverd. Het is zelfs een keer voorgekomen dat we de klant alsnog hebben binnengehaald.’

Zijn er ambities om te groeien?
Benningen: ‘Dat is wel het idee maar we willen het natuurlijk laten verlopen. Dus niet groeien om te groeien, maar meer omdat het organisch zo gaat omdat er meer zaken komen. Dat probeer je uiteraard voor te zijn, zodat je niet achter de feiten aanloopt. Voor de stabiliteit en continuïteit van het kantoor vinden we het goed om een iets bredere laag medewerkers te hebben. Er zijn er nu drie maar als er nu iemand weggaat dan voel je dat wel.’

Nemen jullie ook mannen aan?
Bordewijk: ‘Dat we alleen met vrouwen zijn is puur toeval. Tegelijkertijd vallen we daardoor wel op. Zeker in de verzekeringswereld is dat het geval. Die bestaat vooral uit mannen van een bepaalde leeftijd. Dan spring je er als “vrouwenkantoor” direct uit en pak je meteen de aandacht. Dat is mooi meegenomen. Natuurlijk draait het vervolgens om wat je kunt en of er een klik is. Maar het is onbedoeld toch een soort unique selling point geworden.’

Terug naar de vraag. Gouweloos: ‘Ook al zouden ons unique selling point daardoor kwijtraken, we staan er absoluut voor open om mannen aan te nemen, maar ook dat is geen doel an sich.’ Benningen: ‘We krijgen weleens brieven van mannen, maar op de een of andere manier hebben we nog geen geschikte mannelijke kandidaat gevonden. Wie weet komt daar binnenkort verandering in. We willen graag medewerkers aannemen…’

Hebben jullie nog tips voor advocaten die voor zichzelf willen beginnen?
Bordewijk: ‘Wat voor de een werkt hoeft voor de ander niet zo te zijn. Wat voor ons destijds erg goed voelde is dat we met een team zijn begonnen dat elkaar al door en door kende. Je gaat tenslotte een zakelijk avontuur aan met elkaar en dan moet je op elkaar kunnen bouwen en vertrouwen. Het helpt als je al een bepaalde voorgeschiedenis met elkaar hebt.’ Gouweloos: ‘Daarnaast is het verstandig om van te voren goed te bedenken wie je als klant wilt hebben en vervolgens te bedenken wat die klant nodig heeft. Wij geloven er erg in om vanuit de klant te denken en van daaruit je concept voor je kantoor vorm te geven.’