‘Door schade en schande ben ik wijzer geworden’

Hij is advocaat, bedenker van echtscheiding online, investeerder in start-ups, auteur, tv-persoonlijkheid en sinds kort geeft hij een ­Amsterdamse glossy uit. Duizendpoot Mark Teurlings behoeft ­eigenlijk nauwelijks introductie. We hebben een openhartig
gesprek met hem op zijn kantoor in Amsterdam-Zuid.

Tekst: Quirine des Tombe en Yvette Kouwenberg

Hoewel Teurlings geregeld interviews geeft, trakteren we hem op een tweetal ‘opwarmvragen’: waarom rechten en waarom de advocatuur? Zoals vaak het geval is, blijkt ook bij Teurlings de keuze voor de studie rechten geen bewuste te zijn geweest. ‘Ik heb na mijn eindexamen nog net geen muntje opgegooid om te bepalen wat ik ging studeren. Het is rechten geworden omdat me dat wel aardig leek, maar het had ook zo maar eens economie geweest kunnen zijn’, vertelt hij. De propedeuse viel Teurlings zwaar, maar tijdens de colleges strafrecht zat hij vaak op het puntje van zijn stoel. ‘De verhalen over de zaken spraken mij net als ieder aan. Toch was ik altijd enigszins gedesillusioneerd dat de docent de afloop van de zaken niet noemde. Logischerwijs lag de focus op het juridische-technische aspect, maar het prikkelde wel mijn nieuwsgierigheid.’

Bijlmerramp
Het maakte dat hij een sterke hang kreeg naar de praktijk, waar hij de afloop zou kunnen sturen. Via een vriend belandde hij bij de rechtswinkel van Amsterdam-Zuidoost en wel op een bijzonder moment: drie dagen na de Bijlmerramp. Teurlings: ‘Er stonden rijen mensen voor de deur en er was geen tijd om stil te staan bij de gedachte dat je als derdejaars student van toeten noch blazen weet. Die mensen hadden hulp nodig en dus werd ik als het ware in het diepe gegooid’. Hij realiseerde zich al gauw dat hij meer wist dan hij dacht en –  niet onbelangrijk  – dat hij veel energie kreeg de mensen te helpen. Zijn enthousiasme voor de advocatuur werd dan ook in die periode verder aangewakkerd. Dat bleek – anders dan voor zijn studie – wel een bewuste keuze.

Leidseplein
‘Aan de rechtswinkel was een aantal advocaten verbonden die de studenten zoals ik het voorwerk lieten doen, om vervolgens zelf hiervoor te declareren. En toen begon er bij mij iets te dagen’, vertelt Teurlings. Waar hij zich eerder nog wel eens had afgevraagd of het juridische vak uiteindelijk echt iets voor hem zou zijn, zag hij door zijn werk bij de rechtswinkel dat de advocatuur ook andere eigenschappen verlangt. ‘Je moest veel mensen kennen en handig zijn. ’ Het eerste had Teurlings al gerealiseerd, het tweede liet niet lang op zich wachten.

‘Rechters houden er vaak rekening mee
als iemand uit voorlopige hechtenis is vrijgelaten’

Teurlings werkte tijdens zijn studententijd in de horeca op het Leidseplein. Het behalen van zijn diploma vierde hij daar groots en al gauw begonnen de verzoeken om rechtshulp links en rechts binnen te stromen. Teurlings: ‘Mensen dachten dat het behalen van de meestertitel betekende dat je ook meteen advocaat was. Dat ik dat nog niet was, betekende niet dat ik hen niet kon helpen dus hielp ik hen gewoon’. Ondertussen hing echter ook de dienstplicht nog in de lucht die zijn plannen voor een carrière in de advocatuur zou kunnen dwarsbomen. Zoals het een echt advocaat (in spe) betaamt, zocht Teurlings naar een maas in de wet en die vond hij. ‘Wanneer je drie jaar lang een eigen bedrijf had en een x aantal uur per week daarvoor werkte, hoefde je niet in dienst’, legt hij uit. Een betere oplossing had hij zich niet kunnen wensen. Teurlings bleek al op jonge leeftijd een ‘neus’ voor het ondernemerschap te hebben. Hij schreef zich in bij de Kamer van Koophandel, ontwierp visitekaartjes en liet zijn eigen briefpapier drukken. Teurlings Juridisch Adviesbureau was daarmee een feit.

Slapeloze nachten
Maar daarmee was Teurlings nog geen advocaat. Samen met – in zijn woorden – nog twee jonge honden startte Teurlings twee jaar later zijn eigen kantoor. ‘De opleiding tot advocaat moest ik natuurlijk nog door. Die opleiding heb ik zelf gefinancierd met behulp van een krediet en ik had natuurlijk een buitenpatroon nodig’, vertelt Teurlings. Dat is hem allemaal gelukt. Hij vervolgt: ‘Ik had vooral een algemene praktijk. Zeker in die begintijd was het een proces van vallen en opstaan. Wat wist ik nou eigenlijk? Zo heeft een vormfout in mijn allereerste dagvaarding mij een behoorlijk aantal slapeloze nachten bezorgd. En dan was er nog de kwestie dat ik op een gegeven moment dreigde te moeten opdraaien voor het griffierecht van een cliënt die daags na het ingestelde hoger beroep failliet ging. Dat was best even spannend als startende ondernemer, maar gelukkig is het goed gekomen’. Hoewel Teurlings al vrij snel een kleine, maar vaste clientèle had, was zijn praktijk nog kwetsbaar. Zijn aangeboren ondernemerszin maakte dat Teurlings ‘de boer op ging’ om te acquireren. Dat bleek niet onverdienstelijk. In Nieuw Sloten begon hij een juridisch spreekuur. Dit leverde zo veel respons op dat Teurlings al gauw de krenten uit de pap kon vissen.

‘Als je geld wil verdienen heb je in het strafrecht niets te zoeken’

In dezelfde tijd werd het internet geboren en zag Teurlings daarin een kans om dit commercieel voor zijn praktijk in te zetten. Hij zet een online incasso website op. Teurlings: ‘Helaas bleek ik niet de enige, dus ging ik op zoek naar iets anders. Ik wilde een nieuwe tool bedenken die eenvoudig kon worden ingezet voor een andere overzichtelijke procedure bij de rechtbank. Zodoende kwam ik op echtscheiding online’. Let wel: dat was 23 jaar geleden. ‘Samen scheiden is de slogan. Het heeft veel weg van een contradictio in terminis, maar in de praktijk komt het “gelukkig” vaak voor dat mensen in samenspraak uit elkaar gaan’, licht hij toe. Het is ook meteen de belangrijkste voorwaarde van het concept: alleen als beide partijen het erover eens zijn dát en hoe ze willen scheiden, biedt echtscheiding online uitkomst’. Teurlings:  ‘En zelfs dan is het opletten geblazen’.

Tik op de vingers
Hij geeft eerlijk toe dat hij in een ver verleden wel eens een keer een tik op de vingers heeft gekregen van de Orde: ‘Hoewel ik er volledig van overtuigd was dat de partijen in kwestie achter de afspraken en gevolgen bij een echtscheiding stonden, had de Orde daar een iets andere kijk op’. Van die tik heeft Teurlings geleerd. Hij heeft meer mensen aangenomen zodat er (nog) meer tijd aan elke zaak kon worden besteed, er is voor interne opleiding gezorgd en het proces is met extra waarborgen omkleed zodat steeds helder is dat beide partijen ook daadwerkelijk achter de echtscheiding staan. ‘Al met al kun je wel zeggen dat ik door schade en schande wijzer ben geworden’, aldus Teurlings.

Pitbull
In de loop der jaren krijgt de praktijk van Teurlings meer focus. ‘De overgang van de algemene praktijk naar een praktijk met twee specialisaties [strafrecht en ‘echtscheidingen light’- red.] is een geleidelijke geweest’, legt Teurlings uit. ‘Op een gegeven moment is het tijd om in te zien dat je niet op alle rechtsgebieden de jurisprudentie en vooral laatste wetgeving kan bijhouden en bovendien moet je meer gaan doen van wat je leuk vindt’, aldus Teurlings. In zijn geval was dat het strafrecht. Opvallend genoeg heeft Teurlings zich naar eigen zeggen nooit een goede advocaat gevonden: hij typeert zichzelf vooral als een pitbull. Als hij een zaak aanneemt, dan gaat hij ervoor en moet alles daarvoor wijken. Omdat hij een hekel heeft aan bezoeken aan het huis van bewaring maakt hij er zijn missie van om cliënten hier zo snel mogelijk uit te krijgen. Teurlings geeft zijn geheim c.q. tactiek aan ons prijs: ‘Dit doe je door in de eerste dagen continu op de radar van politie en officier van justitie te blijven. Als het dan lukt om je cliënt vrij te krijgen is dat in feite een dubbele overwinning. Niet alleen heb je meteen een waardevol resultaat behaald voor je cliënt. Ook houden rechters er in hun eindvonnis vaak rekening mee als iemand uit de voorlopige hechtenis is vrijgelaten.’

‘Er moet een verbinding met de cliënt
zijn om het beste uit een zaak te halen’

Spijt van de algemene praktijk heeft hij echter absoluut niet: ‘Door die ervaring kan ik geschillen heel snel plaatsten’, aldus Teurlings. Bovendien helpt de toen opgedane kennis hem bij zijn activiteiten buiten de advocatuur, waar wij later over komen te spreken.

Krenten uit de pap
Tijdens het interview komt het spreekwoord ‘de krenten uit de pap halen’ meerdere malen aan bod. Wij vragen ons af wat Teurlings daaronder verstaat. Is dat een bepaald type zaak? Of een bepaald type cliënt? Én, wellicht ook relevant: is een krent pas een krent als deze (goed) betaalt? Over de laatste vraag is Teurlings meteen duidelijk: ‘Als je geld wil verdienen heb je in de advocatuur, en daarbinnen al helemaal in het strafrecht, niets te zoeken’, reageert Teurlings. Hij vervolgt: ‘De tarieven staan enorm onder druk en wetswijzigingen worden aangenomen waardoor de ene vergoeding na de andere wordt uitgekleed. Veel strafrechtkantoren geven daarom bijvoorbeeld cursussen om hun hoofd boven water te houden en trekken andere specialisten naast het strafrecht aan. Dat heb ik ook gedaan. De schoorsteen moet tenslotte blijven roken’. Teurlings is van mening dat een kantoor op alleen een strafrechtpraktijk in deze tijd amper draaiende te houden is. Slechts vijf tot tien procent van de strafzaken die Teurlings doet zijn betalende zaken. ‘De krenten uit de pap zijn voor mij de grote, spraakmakende zaken. En ja, dat betekent vaak dat de media erbij betrokken zijn. Ik ben in dat opzicht gewoon hartstikke ijdel’, geeft Teurlings lachend toe. Wij vragen door. De voldoening uit een goed behaald resultaat blijkt voor Teurlings groter als dit onder de aandacht van het publiek komt. ‘In het andere geval komt het er in feite op neer dat je je voldoening moet halen uit een kop koffie met je net vrijgesproken cliënt. Dat was vroeger genoeg, nu niet altijd meer’, bekent Teurlings.

Waar Teurlings altijd aan hecht is een klik met zijn cliënt. ‘In het strafrecht is een verdachte toch vaak de underdog. Daarin zie ik de uitdaging in mijn werk, maar dat maakt voor mij wel dat er een bepaalde verbinding met je cliënt moet zijn om het beste uit een zaak te kunnen halen.’ Teurlings realiseert zich dat dit voor mensen buiten de advocatuur wellicht vreemd in de oren klinkt. Hij haalt dan vaak de quote van Max Moskowicz aan om dit toe te lichten: ‘Het is vrij simpel: ik verdedig de dader, niet de daad’.

Ondernemer pur sang
We komen te spreken over de vele activiteiten die Teurlings naast zijn praktijk heeft. Naar blijkt niet alleen uit interesse. Teurlings: ‘Ik zit niet in dit vak voor het geld, maar ik wil wel geld verdienen. Daar ben ik heel eerlijk in’. Zo is Teurlings vaak te zien bij het (nieuws)programma WNL, is hij voorzitter van Stichting Webshop Keurmerk, investeert hij in start-ups, heeft hij een boek geschreven en brengt hij sinds kort een blad uit, de enige echte Amsterdamse glossy AmsterdamXXXL.  Vol enthousiasme pakt Teurlings het eerste nummer erbij om te laten zien waar we het over hebben. We treffen Teurlings aan op de cover met twee (andere) bekende Nederlanders. ‘Had ik al gezegd dat ik ijdel ben?’, zegt hij grappend. Desgevraagd naar het verhaal achter dit blad legt Teurlings uit dat hij hier via via in gerold is. ‘In eerste instantie was het de bedoeling om alleen met de oprichter van het blad op de achtergrond mee te denken, zoals ik dat bij vele start-ups doe waar ik al dan niet in investeer. Toen de media er echter lucht van kregen zong het al snel rond dat ik een blad zou beginnen. Na overleg hebben we dat toen maar zo gelaten en de contacten binnen mijn netwerk benaderd. Vandaar dat ik met twee bekende Nederlanders op de cover sta’, vertelt Teurlings.

‘Als je eenmaal advocaat bent wil je nooit meer advocaat af zijn’

Met al deze activiteiten komt de vraag op hoeveel uur Teurlings in een dag heeft. ‘Mijn agenda klinkt drukker dan dat hij is. Als ik ’s ochtends vroeg bijvoorbeeld door WNL wordt gevraagd om telefonisch commentaar te geven op een bepaald onderwerp kost mij dat hooguit vijf minuten. Vaak ben ik net 1 minuut wakker als ik word gebeld voor een quote. Door goed te plannen blijven er genoeg uren op een dag over voor activiteiten naast mijn praktijk’, legt Teurlings uit. ‘Dat gaat eigenlijk altijd goed, maar een enkele keer is het wel een kwestie van kiezen. In de aanloop naar de eerste uitgave van AmsterdamXXXL heb ik bijvoorbeeld een grote strafzaak laten lopen. Voor het blad liep namelijk een deadline en als ik die stafzaak had opgepakt had ik daar niet mijn volle aandacht aan kunnen geven. Daar voelde ik me niet prettig bij zodat ik nee heb gezegd. Sommige dingen zijn nu eenmaal niet te combineren, de kunst is om dat te voorzien’.

Voor altijd advocaat
Als wij vragen wat Teurlings zichzelf ziet doen over vijf jaar, kijkt hij in eerste instantie terug in de tijd. Teurlings is nu achtenveertig en kijkt met veel plezier terug op zijn carrière tot nu toe. Een ding is zeker; over vijf jaar is hij nog advocaat. ‘Als je eenmaal advocaat bent wil je nooit meer advocaat af zijn’, vindt hij. De ambitie om zijn kantoor verder uit te breiden heeft hij niet. De huidige omvang en setting vindt hij goed. Ook het combineren van verschillende projecten zal hij over vijf jaar nog steeds doen, omdat hij daar zijn energie ook uit haalt. Zo zijn er plannen om AmsterdamXXXL in andere steden en misschien zelfs internationaal uit te brengen. Teurlings: ‘En wie weet waar mijn ondernemerszin mij nog brengt’. Wij zijn benieuwd waar deze Amsterdamse duizendpoot ons in de toekomst nog mee zal verrassen.