Donderdag 28 maart nam Maria Leijten op de jaarvergadering van de AOvA de Dekenprijs in ontvangst namens buurtrechter Venserpolder in Amsterdam-Zuidoost. Baliebulletin sprak met haar voorafgaand aan de uitreiking van de onderscheiding.

Tekst: Diederik Palstra

Wat betekent de dekenprijs voor u?

“Heel veel. Het is een erkenning voor het werk dat wij doen als buurtrechter. We zijn er erg blij mee.”

Wat is uw rol bij de buurtrechter?

“Ik ben projectleider en doe hier zittingen. Naast mij zijn er nog vier collega-rechters werkzaam bij de buurtrechter. Zij zijn er op zittingsdagen en representeren net als ik de buurtrechter ook buiten de zittingszaal.”

Hoe lang bestaat de buurtrechter inmiddels?

“Officieel sinds november 2021, maar feitelijk sinds januari 2022.”

Het werkgebied is beperkt tot postcode 1102. Hoeveel inwoners kent dit werkgebied?

“Postcode 1102 heeft ongeveer 24.000 inwoners, maar tegenwoordig doen we ook incassozaken voor postcode 1103. We zijn nog aan het uitbreiden.”

Wat voor zaken behandelt de buurtrechter?

“Het gaat vooral om kleine strafbare feiten, overtredingen van de leerplichtwet en onbetaalde zorgpremies. Mensen kunnen echter ook zelf de buurtrechter inschakelen, bijvoorbeeld bij een huiselijk conflict of een vastlopend hulpverleningstraject. Leerplichtambtenaren kunnen in overleg met leerling en ouders een gesprek bij de buurtrechter aanvragen om een leerplichtzitting te voorkomen.”

“We doen soms ook familierechtzaken. Het is hier een officiële rechtszaal. En we zijn aan het verkennen of we nog meer kunnen doen om te voldoen aan de rechtsbehoefte van de inwoners in dit postcodegebied. Daar heb ik recent nog een column over geschreven voor Rechtstreeks, het tijdschrift voor de rechterlijke macht. Het is voor de sociale cohesie van groot belang om iedereen te bedienen, ook de mensen die niet goed kunnen lezen en schrijven. Er moet minder polarisatie zijn van mensen die het recht wel kunnen vinden en zij die dat niet kunnen. In dat kader hebben wij ook een laboratorium functie om te kijken wat de rechtsbehoefte hier is en hoe we daaraan kunnen voldoen. Ook voor eventuele nieuwe vestigingen van de buurtrechter in Amsterdam of daarbuiten is dit van belang. Zo komt er ook een buurtrechter in Amsterdam Nieuw-West.”

Wordt er ook samengewerkt met advocaten?

“Er is meestal een advocaat bij strafrechtzaken. We zouden meer samen willen werken met advocaten in die zin dat we hen niet alleen op de zitting zien, maar dat zij ook betrokken zijn bij alternatieve oplossingen. Het is ons gelukt om drie extra punten toe te laten kennen aan advocaten die bij de buurtrechter komen, zodat er toch wat extra betaald wordt voor dit werk. Er wordt bij ons namelijk meer tijd gebruikt voor een strafzitting. Ook wordt de zaak vaker aangehouden omdat wij oplossingsgericht proberen te werken en dan moet een advocaat terugkomen. We zouden advocaten graag inzetten in ons netwerk voorafgaand aan de zitting. Bijvoorbeeld omdat er een verslavingsproblematiek is bij de bewoner. Er kan dan bijvoorbeeld van tevoren al een verslavingsdeskundige  ingeschakeld worden. We zouden graag zien dat de advocaten daar proactief in worden. We houden ons uiteraard met het recht bezig, maar dan wel op een oplossingsgerichte manier. Als een buitengerechtelijke oplossing beter is, dan heeft dat onze voorkeur. Daar is het recht mee gediend en daar zijn ook de bewoners mee gediend. Dit is een achterstandswijk met veel schoolverzuim en veel strafbare feiten. Dit gebied staat onderaan op allerlei lijstjes. Tegelijkertijd is het ook een hele hechte en warme buurt, met mensen die elkaar helpen. Die mix maakt dat het een hele goede buurt is voor een buurtrechter. Men weet het recht en ook de rechtsbescherming vaak niet te vinden. Men is er ook niet echt in geïnteresseerd, om eerlijk te zijn. Als ze echter zien dat er wel ruimte en belangstelling en oplossingsgerichtheid is, hopen we dat ze wat meer vertrouwen krijgen in al die instituties.”

Zou u het takenpakket van de buurtrechter willen uitbreiden en, zo ja, hoe?

“We zijn nu bijvoorbeeld bezig met uitbreiden naar het bestuursrecht. We zitten met advocaten en gemeentelijke juristen aan tafel om te bedenken hoe we op zitting meer gericht kunnen zijn op oplossingen. Burgemeester Halsema heeft twee jaar geleden samen met haar hoofd juridische zaken besloten dat haar juristen minder snel in het strijdmodel moeten schieten. Ze zei, parafraserend, ‘Ik wil niet dat ik een jurist van ons juichend over de gang zie lopen omdat hij een procedure heeft gewonnen, maar waar hij de burger verloren heeft’. De buurtrechter wil veel meer verbindend werken. Daarom vindt de zitting in deze kamer plaats aan een ovale tafel. Er is geen podium waarop de rechter zit, met grote afstand tot de partijen. Zo zijn we dus in gesprek om het verbindende buurtrechter model ook toe te passen op het bestuursrecht. We willen niet meer horen ‘mevrouw de rechter, u gaat buiten de grenzen van het geding’. Op die manier kun je niet oplossingsgericht werken. We hebben echter tot nu toe nog maar één zo’n bestuursrecht zitting gehad met twee zaken, dus het gaat langzaam.”

Zijn er nog meer buurtrechters? Is dit een landelijk initiatief? Is men van plan dit uit te breiden?

“Er zijn  meer van dit soort initiatieven en die worden inmiddels landelijk gecoördineerd onder de noemer ‘wijkrechtspraak’. Wij hadden de naam ‘buurtrechter’ toen echter al in gebruik. In Eindhoven is men begonnen, daarna kwam er een wijkrechtbank in Rotterdam en vervolgens in Venserpolder.  Daarna zijn Tilburg en Den Haag gestart en er volgen er meer. U noemt de Haagse wijkrechter en de Rotterdamse regelrechter. Dat waren eerdere projecten van kantonrechters die bepaalde kantonzaken in de wijk behandelden.  Wijkrechtspraak zoals ons project in Venserpolder is anders, in die zin dat je in een wijk gaat zitten en het proces als het ware omkeert. Je bent niet zaaksgericht bezig, maar mensgericht. Je vraagt je af welke problemen er achter de zaak schuilgaan en wat mensen daarmee willen en dan zie je dat er vaak sprake is van multiproblematiek. Daarmee bedoel ik niet het samenvoegen van meerdere zaken, al komt dat ook wel eens voor,  maar dat in één zaak meerdere problemen samenkomen.”

Wat is de aanpak van de buurtrechter?

“Het is vooral oplossingsgerichte rechtspraak. Wij zitten samen met het Buurtteam (sociaal werk) en het WijkActieTeam (veiligheidspartners en woningbouwverenigingen) in een pand en hebben ook daarbuiten een groot netwerk. Dat netwerk kunnen we inschakelen om oplossingen te bieden. De buurtrechter  heeft ook een nabijheidsfunctie en is in die zin te vergelijken met de Belgische vrederechter die in ieder Belgisch kanton zetelt. De Belgische vrederechter kan een verzoeningszitting houden waarin gezocht wordt naar een minnelijke schikking. Wij kunnen bijvoorbeeld bij veelvuldig schoolverzuim een gespreksmogelijkheid bieden om een leerplichtzitting te vermijden. Na zo’n gesprek maken we vaak een vervolgafspraak om te kijken of de afspraken wel nagekomen worden.”

“Zoals gezegd hebben we ook een laboratoriumfunctie om te kijken hoe we nog meer tegemoet kunnen komen aan de rechtsbehoefte van de bewoners.
We zijn verder heel toegankelijk en respectvol. We spreken en schrijven begrijpelijke taal en we appen zo nodig ook.”

Wat is naar uw mening de toegevoegde waarde van de buurtrechter?

“Het voldoet aan een rechtsbehoefte en bevordert de rechtsbescherming van mensen die het recht niet meer kon bereiken en die daar ook geen belangstelling meer voor hadden. Het gaat om het herstellen van vertrouwen door de systeemwereld beter te laten aansluiten bij de leefwereld. Wijkrechtspraak wordt ook gezien als een manier om ondermijning tegen te gaan, door preventie met gezag te verbinden. Om die reden worden we ook gefinancierd met PMG (Preventie met Gezag) gelden van de overheid. Er is nog een lange weg te gaan want in België zijn er 162 vrederechters die de groepen in de kwetsbare wijken weten te bereiken. Maar een begin is er en ook in Nieuw-West komt er dus een buurtrechter.”

“We willen de tweedeling die in Nederland steeds groter wordt, terugdringen. We dienen daarmee de rechtsstaat omdat we daarin geloven.”