Angela Mannaerts, Nederlandse advocate in Rome, zet zich in voor de restauratie van Romeinse fonteinen. Op 9 juni 2017 is mede dankzij haar inzet de ‘Fontana delle Api’, ofwel de Bijenfontein, hersteld.

Aan de voet van de Spaanse trappen in Rome ligt de ‘Barcaccia’, een van de vele monumentale fonteinen die Rome rijk is. Nederlanders die naar Rome op schoolreis gaan strijken er vaak neer om de avond door te brengen en denken later vaak met heimwee terug aan die tijd in de Eeuwige Stad.

19 februari 2015, toen Feyenoord-hooligans grote schade toebrachten aan de Barcaccia, gaat echter als een zwarte dag de geschiedenis in van Nederlands-Italiaanse betrekkingen. Met deze betrekkingen zullen weinig Nederlandse advocaten zo bekend zijn als Angela Mannaerts, die inmiddels 19 jaar in Rome werkt als advocate.

Na rechtenstudies aan de universiteiten van Amsterdam en Nebraska en een ‘clerkship’ bij Chief Justice William C. Hastings van de Hoge Raad van Nebraska, begon Mannaerts in 1992 als associate bij Paul Weiss in New York. Als foreign associate werkte zij vervolgens in Rome bij Simmons & Simmons en keerde zij in 1996 terug naar Amsterdam, waar zij advocaat was bij (destijds) Loeff Claeys Verbeke, werkzaam in de corporate en financiële praktijk. De liefde voor Italië was sterk en in 1999 vertrok zij opnieuw naar Rome: ‘voorgoed, natuurlijk ook omdat ik hier met mijn man en kinderen ben geïntegreerd in het Italiaanse leven. Daarnaast heb ik hier voor mijn gevoel een unieke positie en een grotere toegevoegde waarde dan in Amsterdam.’

‘Vanaf mijn terugkeer naar Rome werd mijn praktijk veel breder, haast té breed, met onder meer strafzaken en familierecht.’ Mannaerts is nu partner bij Caiazzo Donnini Pappalardo & Associati, waar zij gespecialiseerd is in ondernemingsrecht en vastgoedrecht: ‘die specialisatie geeft meer rust, met name omdat het werk slimmer verdeeld kan worden tussen de partners.’

Wat maakt advocaat zijn in Rome interessant? ‘Dat moet de cultuur zijn. Met 60 miljoen inwoners, waar de omgangsvormen soms minder transparant zijn, is het nuttig om vertrouwd te zijn met de Italiaanse samenleving. Een advocaat die wegwijs is, kan bijvoorbeeld voor multinationals optreden als tweede paar ogen bij een transactie of het dagelijkse juridische werk. Daarbij is het belangrijk te begrijpen dat er vrij grote verschillen zijn tussen alledaags Italiaans en juridisch Italiaans.’

Mannaerts merkt op: ‘Toen ik 19 jaar geleden in Italië arriveerde, trof ik een provinciale mentaliteit aan. Door de economische crisis is die houding echter veranderd en weten Italiaanse ondernemers en overheidsvertegenwoordigers dat internationale contacten en handel essentieel zijn om deze moeilijke periode, waarin in Italië zich bevindt, te overleven. Veel personen zien mij als een brug naar het buitenland en naar buitenlandse investeerders en daardoor is het is voor mij heel gemakkelijk om contacten te leggen en mensen te ontmoeten, zoals wethouders, hetgeen mijn werk nog interessanter en aangenamer maakt.’

Een opvallend verschil met Nederland, dat zich ook bij het voorval met de Feyenoord-hooligans wreekte, is het grote belang dat Italianen hechten aan hoffelijkheid. Na dit incident ontstonden er namelijk ook diplomatieke spanningen tussen de gemeente Rome, die het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken verzocht de schade te vergoeden, en de woordvoerder van dit Ministerie, die het verzoek onmiddellijk en heel direct afwees. ‘De Italianen waren onaangenaam verrast door dit antwoord omdat ze zelf niet snel nee zullen willen verkopen, en ze vaak niet meteen zeggen wat ze denken. Het vergt ervaring en begrip, inclusief het lezen van lichaamstaal, om de verklaring van een Italiaan te peilen.’

De beelden van de brokstukken van de Barcaccia na het incident in 2015 motiveerden Mannaerts om, mede vanwege haar ambassadeur-achtige rol als Nederlandse advocaat in Italië, zich in te zetten voor de restauratie van deze fontein. Bij het herstel van de Barcaccia was de gemeente Rome Mannaerts en de vereniging waarvan zij medeoprichter en voorzitter is, ‘Salviamo la Barcaccia’ (laten we de Barcaccia redden), echter te snel af. Dit weerhield Mannaerts en de vereniging er niet van om zich voor het herstel van andere Romeinse fonteinen in te zetten. Op 9 juni 2017 is dan ook de restauratie voltooid van de prachtige ‘Fontana delle Api’, ofwel de Bijenfontein, ontworpen door Gian Lorenzo Bernini. Dit herstel is voltooid in een breed Italiaans-Nederlands samenwerkingsverband met hulp van bovengenoemde vereniging en het Nederlandse bouwbedrijf Koninklijke Woudenberg, dat voor het project advertentiegeld reserveerde, maar hierbij tegelijkertijd geavanceerde technische kennis opdeed (http://www.koninklijkewoudenberg.nl/fonteinenrome/). Voltooiing van het herstel van de volgende fontein staat alweer op de agenda (naar verwachting in juli 2017).

Enkele tips die Mannaerts aan Nederlandse advocaten geeft voor het samenwerken met Italianen:

  • Als Italianen klagen over hun land of hun regering, hebben sommige Nederlanders de neiging om daarover mee te klagen. Doe dat niet, want dat wordt niet op prijs gesteld.
  • De houding van sommige Nederlanders van ‘wij zullen die Italianen eens laten zien…’ wordt vanzelfsprekend door Italianen niet gewaardeerd, ook al zullen zij niet laten zien dat zij beledigd zijn.
  • Spreek de taal. Italiaanse cliënten van boven de 35 beheersen niet altijd even goed Engels, de generatie daarna wel.
  • Let op wie er bij de cliënt de beslissingen neemt. De vaak hiërarchische verhoudingen binnen Italiaanse bedrijven maken dat men niet kan zomaar afgaan op een toezegging van een medewerker.

Door: Victor van Campen